Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Maar de olijfboom zeide tot hen: Zoude ik [20]mijn vettigheid [21]verlaten, die [22]God en de mensen in mij prijzen? En zoude ik heengaan om te [23]zweven over de bomen? 20. Dat is, de olie. 21. Of, zal ik laten ophouden, of, gedwongen worden op te houden, en zo in het volgende. 22. Want de olie werd gebruikt in de offeranden en lampen des tabernakels, alsook bij het zalven der priesters, koningen en [gelijk uit 1 Kon.19:16 afgenomen wordt] profeten, en in het algemeen tot spijs, sieraad en smuk van 's mensen lichaam. Anders, waarmede men door mij God en de mensen vereert. 23. Dat is, om als koning te gaan omlopen, woelen en zorgen voor andere bomen.